De aanleiding
Wim: “Ik heb veel gereisd over de hele wereld. In 1987 maakte ik een avontuurlijke tocht door Kenia. Na het bezoek aan enige wildparken besloot ik naar het moslimeiland Lamu te gaan. Hier is geen gemotoriseerd verkeer, de sfeer is idyllisch en de stranden zijn er prachtig. Tijdens mijn verblijf maakte ik kennis met Loyce Wanjiku Kimani. Ze werkte daar als serveerster in een lokaal restaurant. Zij had suikerziekte en kreeg niet de medische verzorging die noodzakelijk was. Haar ouders woonden in het dorpje Baharini in het afgelegen gebied Mpeketoni, ongeveer 65 kilometer van Lamu in het Noord-Oosten van Kenia, dicht bij de grens met Somalië. Het gebied heeft ongeveer de grootte van de provincie Zuid-Holland. Zij vertelde over haar familie en de armoedige omstandigheden, waaronder zij moesten leven. Na terugkeer in Nederland ontstond een briefwisseling. Dat was niet eenvoudig, want Loyce sprak en schreef gebrekkig Engels.
Het jaar daarop ging ik niet naar Kenia, maar maakte een rondreis door Thailand en Maleisië. In 1989 kreeg ik een brief van Loyce met het verzoek enige bijbels te sturen. Het Nederlands Bijbel Genootschap had bijbels in de Kiswahili taal in voorraad en af en toe stuurde ik er een op.